Aflevering 181: 23 maart 1988
Tengevolge van een telfout door Broekema met het draaiboek van de 169ste aflevering loopt de telling van de draaiboeken één achter.
Datum:
1263 oktober 1984 / 1058 april 1985 / 753 februari 1986
Gasten:
- schrijver Harry Mulisch (telefoon), gast voor rubriek “wat aten zij”
- Andrée van Es (telefoon), Tweede Kamerlid voor de PSP, gast voor rubriek “wat aten zij”
- Pim Gras (telefoon), jazzcriticus
- Arend Jan Heerma van Voss (telefoon), jazzcriticus
Met onder meer en onder andere
00:00 De uitzending begint met het nummer Mah nà Mah nà van Piero Umiliani. Jacques Plafond blijft het toch een sterk nummer vinden en zingt het enthousiast mee. Hij is benieuwd naar de achterkant. Dat is You Tried To Warn Me, door Jacques Plafond verbasterd tot You Are Tired Warning Me.
01:20 “Zeg kunnen we zo langzamerhand beginnen?” Start jingle wat is er op de radio gevolgd door Ronflonflontune.
02:00 Terwijl de jingle nog bezig is, introduceert Jacques Plafond in het kader van de post het Ronflonflonfanclubblad. Hij heeft een fanclub gekregen. Zijn bek valt open bij het aanschouwen van het blad. Het blad bevat allerlei interessante artikelen behalve over Broekema.
03:30 The Isley Brothers - Shout
05.20 Jingle nieuwe platen vliegen om mijn oren. Vandaag Arno Hintjens - Shout Back.
06.25 De plaat moet af i.v.m. tijdnood. Die blijft toch doorspelen, waarop Jacques Plafond tegen Broekema zegt: “Broekema, ik dacht dat je je zo aan het schema hechtte of heb je soms een tientje gekregen van België”.
06.50 Jingle wat aten zij en wat dronken zij erbij. Vandaag Harry Mulisch aan de telefoon. 12:00 Jingle wat aten zij. Vandaag ook Andrée van Es. Terwijl er winden van Jaap Knasterhuis op de achtergrond klinken, hebben Jacques Plafond en Andrée van Es een gesprek over het verschil tussen wat at joe en wat heb joe gegeten. Andrée van Es is zwanger. En dus vraagt Jacques Plafond níet of zij voor twee moest eten. Jacques Plafond vertelt tenslotte aan Andrée van Es dat Jaap Knasterhuis verliefd is op haar.
16:20 Jingle wat aten zij. Resumé van de maaltijden van Harry Mulisch en Andrée van Es.
18:00 Jingle De godvergeten… Andy Gibb, pas overleden, met Shadow Dancing.
18:50 Jingle De godvergeten… Dannie Richmond, jazzmuzikant, ook niet meer in het land der levenden, onlangs verscheiden, met Sploogie Doo.
20:20 Door het nummer klinkt dixielandmuziek. Wat is dit nu weer, weer een godvergeten iemand.
21:00 Jingle De godvergeten… Ken Colyer.
21:15 Jingle De platenkeuze van Paul van Ostaijen en die staat vandaag in het teken van jazz.
21:15 Telefoongesprek met Pim Gras, jazzcriticus, over de betekenis van Ken Colyer en Dannie Richmond voor de jazzmuziek. Dat gesprek loopt niet en bovendien blijkt Pim Gras geen kenner te zijn van deze jazzfiguren. Jacques Plafond sluit het gesprek abrupt af.
27:15 Ken Colyer - Sheik of Araby (blijft door krassen een paar keer haken).
28:00 Telefoongesprek met Arend Jan Heerma van Voss voor nadere info over Ken Colyer. De conclusie van Arend Jan is: “Ken Colyer is niet interessant. Als de namen maar vallen met wie hij heeft gespeeld, dan ben ik tevreden, zoals een Chris Barber, een Monty Sunshine”.
31:50 Een aanvullend sportbericht: de KNAU is verhuisd.
32.25 Jingle Kloteplaat Emile: The Golden Earring - My Killer My Shadow.
34:00 Omdat The Golden Earring verdomd buitenlands klinkt en het godverdomme een belediging is als men zegt dat iets Nederlands klinkt, aandacht voor André Hazes - Eenzame kerst.
35:00 Jingle Wilhelmina Kuttje kort. Volgens het schema van Broekema zijn Jan Vos en Wilhelmina Kuttje aan de beurt. Maar Wilhelmina Kuttje is onvindbaar en er ontstaat lichte paniek. Jan Vos draaft door. Broekema roept dat ze thuis maar verstoppertje moeten gaan spelen en dat ze bezig zijn met een radioprogramma. “O vandaar dat Wil en ik een liedje gaan doen”, zegt Jan Vos.
38.30 Wilhelmina wordt ergens op de grond gevonden. Ze is niet lekker. Wilhelmina Kuttje zit waarschijnlijk onder de stress in combinatie met jetlag of iets verkeerd gegeten.
40:15 Jacques Plafond beraadt zich wat hij moet doen. Ondertussen draait hij A Whole Lot More van Frans Stapert Octet.
41:20 Wilhelmina Kuttje zegt dat het wel weer gaat, maar even later zakt ze toch weer in. Het programma moet misschien maar stoppen. Broekema roept dat daar niks van in komt. Hij gaat een rapportje maken. Wilhelmina Kuttje kan in ieder geval niet verder.
45:00 Gré Braadslee - Zullen we maar weer een potje dansen (eigen VPRO-opname).
46.00 De dochter van Jan Vos, Merel Vos, gaat het lied van Wilhelmina Kuttje brengen. Zij heeft het lied van Wilhelmina rijmend gemaakt, want het is tenslotte een liedje. Maar eerst vertelt zij omstandig over haar bezigheden. Waarop Broekema geërgerd roept of er nog gezongen wordt of dat er alleen geouwehoerd wordt.
49.30 Merel begint te zingen met Jan Vos aan de piano: “Doffe weelde”. Jan Vos is trots op zijn dochter.
52.20 Lied gaat over in Zullen we maar weer een potje dansen.
53:45 Jingle Colofon.
54:28 Einde uitzending
Opmerkingen
- Bij de muziek van Dannie Richmond: “verdomd ingewikkelde heel interessante muziek” en ”automobilisten, houdt het stuur goed vast, niet meeswingen met het gaspedaal”.
- Bij aanvang van het telefoongesprek met Pim Gras: Pim Gras begint met “ik ben hier”, waarop Jacques Plafond zegt: “ik ook, tenminste ik ben daar vanuit joe gezichtspunt, jij bent daar vanuit mijn gezichtspunt, gehoor, invloedsfeer”.
- Jacques Plafond over het gesprek met Pim Gras: “het viel niet tegen, maar ik had me er wel meer van voorgesteld”.
- Jacques Plafond bij Eenzame kerst van André Hazes: “Ook in maart kan nog wel een witte hoed vallen, daar hoeft het echt geen april voor te worden”.
- Wilhelmina Kuttje dacht even dat ze misschien wel dood ging, waarop Jacques Plafond zegt: “Nou dat is wel zeker Wilhelmina, wie niet”.
- Wilhelmina geeft aan dat ze niet kan zingen, waarop Jan Vos zegt: “Nou echt mooi heb ik het nooit gevonden, maar het heeft toch wel iets”.
Beluister Ronflonflon van 23 maart 1988:
Podcast: Speel af in een nieuw venster | Download (1.8KB)
45:00
Het liedje “Zullen we maar weer” wordt volgens Jan Dicke gezongen door G(r)é Braadslee.
Tja, met een beetje fantasie zou je er inderdaad Gé Braadslee in kunnen horen.
Maar het is toch echt het latin bandje Doble-R, door Jacques terloops “doubleren” genoemd.